dinsdag 22 januari 2013

Als je iets niet ziet...


Even een korte uitleg wat betreft onze topklas. In deze groep zitten geen hoog- of meerbegaafde leerlingen. Het zijn leerlingen die de potentie hebben hoog uit te stromen, maar door hun taalachterstand daarin belemmerd worden. In deze groep is er dus veel aandacht voor taal. Na het zien van het filmpje bij mijn vorige bericht ontstaat al snel de vraag wat dat dan met taalontwikkeling te maken heeft. Met dit filmpje heb ik vooral getracht om te laten zien hoe de inzet van ICT de betrokkenheid van leerlingen kan vergroten. Om verdiepend te kunnen leren zal de leerling (en leerkracht) bezig moeten gaan met hoofd, hart en lichaam (edutopia) en volgens mij krijg je dat alleen voor elkaar bij een hoge betrokkenheid. Bovendien is het eerste hoofdstuk van het boek vooral bedoeld om de leerlingen kennis te laten maken met het werken met een iPad, te leren werken met de basisprogramma’s die terug gaan komen in de opdrachthoofdstukken en daarmee staat taal inderdaad niet op de eerste plaats, maar…
Bij het doornemen van de introductie en de eerste paragraaf van het boek, krijgen de leerlingen uitgelegd waar de afkorting app voor staat en wat de betekenis is, leren ze de betekenis van het woordje creatief en ondervinden ze aan den lijve de betekenis van de woorden experimenteren en componeren. Bovendien ontstaat spontaan de vraag wat toch dat constante getik is die ze in de muziek horen. Al snel leren ze dat dat de metronoom is die de maat van de muziek aangeeft. Het programma Garageband wordt aangeleerd door middel van een fotohandleiding. Deze handleiding bestaat niet alleen uit foto’s, maar ook uit bijbehorende beschrijvingen. De leerlingen zullen dus moeten lezen en begrijpen om dit toe te kunnen passen in het programma. Dat klinkt al aardig als begrijpend lezen. Bovendien werken de leerlingen in tweetallen, waardoor er veel overlegd wordt over waar welk instrument te horen moet zijn en ze elkaar ook dingen uit gaan leggen als het niet helemaal begrepen wordt. Aan het eind van de les wordt er naar elkaars muziek geluisterd en wordt deze door zowel de leerkracht als leerlingen in woorden beschreven. Hoewel taal niet het hoofddoel is, wordt er toch aardig gebruik van gemaakt.
Garageband gaat in hoofdstuk 4 gebruikt worden voor het opnemen van een hoorspel. Uitleg over taalontwikkeling in deze opdracht hoef ik niet te geven lijkt me. Voor wie hierna Garageband afschrijft als programma om aan taalontwikkeling te kunnen werken het volgende: Het is voor leerlingen enorm eenvoudig een geweldige beat te creëren, waarover ze hun eigengemaakte rapteksten zouden kunnen rappen. Ook deze link: http://www.muziekmaaktslim.nl/onderzoeken.html geeft wel wat duidelijkheid over de invloed van muziek op taalontwikkeling.
Dat er vragen over taalontwikkeling m.b.v. het programma iMovie zijn verbaast me. Geen enkele film kan gemaakt worden zonder verhaal, bijbehorende dialogen/monologen (m.u.v. de stomme film) en spelers die zich deze taal eigen maken en koppelen aan bijbehorende handelingen en emoties (taalbeleving). En zelfs zonder gebruik van dialogen laat het promotiefilmpje, dat twee leerlingen aan het maken zijn om een happy2gether eindfeest zelf te mogen organiseren, mij tijdens het maakproces zien hoeveel er onderling gecommuniceerd wordt. Bedenken wat ze op gaan nemen, bekijken van de opnames en bespreken of de opname goed genoeg is of opnieuw moet, etc.. Rest mij nog een laatste ding dat ik hierover zeggen wil:
Als je iets niet ziet… betekent dat niet dat het er niet is!

zondag 20 januari 2013

Hoezo betrokken?


Het is vrijdagmiddag 14:00 uur als ik met een stapeltje iPads de Topklas binnen loop. Hoewel Phil nog bezig is met de afronding van de les is alle aandacht al richting iPads gegaan. Ze hebben er zin in. Na een korte uitleg over het op een goede manier omgaan met de apparaten, waar ze het interactieve boek kunnen vinden en het inpluggen van de splitter voor de koptelefoons, worden de tweetallen bekend gemaakt. Even klinkt er wat gesputter omdat een jongen met een meisje gaat samenwerken en (door de jongens) over de iPad met de roze smartcover, maar dat wordt al snel vergeten als de apparaten aan gaan. Even waan ik me weer terug in 1996, het jaar waarin ik afstudeerde. In dat jaar zat ik vol spanning te wachten op de reacties van de kinderen op mijn eigen geschreven musicalnummers, nu op de reacties op mijn eigen geschreven boek. En hoewel ik best tegen kritiek kan, het is toch wel je eigen ‘kindje’, dat je aan het ‘grote publiek’ presenteert. Een publiek dat ook nog eens goudeerlijk reageert in: leuk of niet leuk vinden. De boeken worden geopend en ineens is het muisstil in de groep. Nou ja muisstil… één leerling gaat zo op in de openingsfilm en het herkennen van zichzelf en zijn klasgenoten daarin, dat hij zo af en toe wat vreugdekreten uit, maar verder kun je een speld horen vallen. Phil en ik kijken elkaar verwonderd aan. De openingsfilm wordt kort nabesproken en ik leg de nadruk op het bekijken van de moeilijke woorden: “Een tik op het woord laat zien wat het betekent, maak daar gebruik van, want in de quiz aan het einde van het hoofdstuk wordt er niet alleen iets gevraagd over de programma’s maar ook over de moeilijke woorden.”  En verder gaan ze met het eerste hoofdstuk: Aan de slag met… Een hoofdstuk waarin ze vooral kennismaken met de iPad zelf en wat basisapps, voordat het echte werk gaat beginnen. De eerste basisapp is Garageband. Een programma waarmee ze zelf muziek kunnen componeren. Hoewel er eerst nog aarzelend gevraagd wordt of ze echt met Garageband mogen werken, zien we al snel overal headbangende hoofden. Het is mooi om te zien dat elk duo zijn eigen werkwijze heeft. Sommigen schrijven uitgebreid op welke klanken ze wanneer willen laten horen, terwijl anderen lekker uitproberen. Om 15:00 uur is het tijd om naar elkaars werk te luisteren en hoewel het experiment voorop stond, valt het resultaat zeker niet tegen. Van een James Bond achtervolgingsdeuntje tot aan een ontspannende loungebeat, allerlei stijlen komen voorbij. En dan is het tijd om de iPads in te leveren. “Nou al”, roept een leerling. Een blik op de klok leert hem dat het al kwart over drie is. “O, ik dacht dat het pas kwart over twee was, dat we nog maar een kwartiertje bezig waren.” Hoezo betrokken?

zondag 6 januari 2013

Het iPadproject: Creatief met DigiTaal gaat bijna van start!

Het is alweer januari 2013. De maand waarin de kinderen van de topklas van basisschool De Troubadour in Helmond gaan starten met het iPadproject: ‘ Creatief met DigiTaal’ . Hoewel het interactieve boek nog niet helemaal klaar is, is het af genoeg om er mee aan de slag te gaan. Ik heb van diverse mensen om me heen al positieve reacties mogen ontvangen en nu maar hopen dat de leerlingen net zo enthousiast zijn. Voor de kerstvakantie waren ze al enorm blij dat ze met een iPad aan het werk mogen, want hoewel ik regelmatig berichten tegenkom dat tegenwoordig ieder kind wel een iPad of tablet thuis heeft, kan ik zeggen dat dat voor onze kinderen echt niet zo is. Dat ze nu dus iedere week mogen leren met zo’n apparaat is daarom al een cadeautje. Nou gaat het natuurlijk niet om de iPad, want dat is slechts een prachtig leermiddel, maar om het project zelf. Hierin staat vooral het vak: stellen/schrijven centraal. De kinderen leren op verschillende manieren een verhaal te schrijven en bewerken hun eigen gemaakte verhalen vervolgens tot een film, strip en hoorspel. Als hun creatieve producten klaar zijn, belanden die op youtube of website zodat anderen kunnen zien wat ze gemaakt hebben. Iets later in het traject zullen de kinderen ook op twitter: @trouba8 te vinden zijn waar ze zullen vertellen over hoe zij het project ervaren. Ik kan niet wachten tot het zover is. Hier alvast een kleine ‘teaser’, een kort fragment uit het openingsfilmpje in het boek.